woensdag 30 maart 2011

30 maart 2008

Inderdaad je ziet het goed, deze data is precies 3 jaar geleden.
Drie jaar geleden mochten wij voor de adoptie van onze zoon, Jonathan, in het prachtige Cochabamba, Bolivia zijn.

Eerder heb ik al een blog geschreven over 'mijn' Cochabamba.
De stad waar ik zoveel van ben gaan houden. De stad ook met meerdere gezichten. Één van de reden waarom deze stad een hele grote plaats in mijn hart heeft, is de gebeurtenis die ik hieronder zal vertellen.

Deze dag, 30 maart 2008, heeft mijn leven voorgoed veranderd.

Al die jaren wisten slechts enkelen van wat ik op die dag heb meegemaakt, en ik vond het nu tijd om hier een blog over te schrijven.

30 maart 2008
Een gewone dag, zoals er zoveel in een jaar zijn.
Van 7 februari t/m 11 april 2008 mochten wij in Cochabamba, Bolivia verblijven om onze zoon Jonathan te mogen ophalen.
Tijdens dit lange verblijf liep ik veel met Jonathan rond.
Soms zomaar een wandeling om er even uit te zijn, en soms richting El Prado (centrum) voor een bakje koffie.
Gewoon rondlopen, en genieten van de wandeling en deze prachtige stad.
Vaak ook met gemengde gevoelens, we kwamen altijd wel straatkinderen tegen.
Kinderen, sommige niet ouder dan Jonathan, die vaak leefden onder één van de vele bruggen, verslaafd aan de lijm of andere verdovende middelen.
Veel van deze kids werden ook niet oud, de straatbendes hebben hun eigen wetten, en wie daar niet aan wilde meewerken, werd zonder pardon eruit gezet.
Vaak dacht ik: 'zou dit ook de toekomst van Jonathan zijn geweest als hij niet geadopteerd zou zijn? Zou hij dan ook tussen deze jongens en meisjes lopen?
Die gedachte maakte mij altijd emotioneel, waarom hebben deze kinderen niet de kans gekregen, waarom lijkt het of God de andere kant opkijkt? Waarom ..... .'

De bewuste 30 maart 2008, die begon als een gewone dag, zal voor mij nooit geen gewone dag meer zijn. Een data die voor mij altijd moeilijk zal blijven.
Ook een dag die voor mij een 'markeerpunt' is geworden.

Jonathan en ik liepen terug naar ons appartement, nadat we op El Prado waren geweest. We hadden heerlijk op het terras bij Buenos Aires gezeten, en het werd tijd om terug te gaan. Tijdens deze wandeling kwamen we meestal wel straatkinderen tegen, maar nu wel een hele grote groep.
Dicht bij een brug, die bekend staat als 'woonplaats' voor deze jongeren, kwamen wij een groepje tegen die allemaal gebukt stonden en naar de straat keken. Zij keken naar hun amigo, hun vriend.
Ik dacht dat ze hem probeerden wakker te maken, maar deze 'slaap' was er één waar je op deze aarde niet meer uit zult ontwaken.
Ze probeerden hem te helpen, te reanimeren, maar naar enkele pogingen gaven ze het op. Een traan en een vloek volgden.
Zijn amigo's namen zijn lichaam mee, naar hun eigen buurt waar ze eigen ceremonies hebben. Waar weinig westerlingen zich durven te laten zien.
Waarschijnlijk maken ze dit vaker mee, dat één van hun makkers het leven laat op straat.

Het leven op straat ging verder, alsof er niets gebeurd was.
'De harde realiteit van het straatleven', hoorde ik sommigen zeggen.
Ook ik, de rijke westerling, liep weer verder, met mijn hoofd en hart vol vragen.

Ons hele verdere verblijf bleef dit beeld door mijn hoofd spoken.
Vragen kwamen op.
Wat had ik kunnen ......, wat had ik moeten doen?
Waarom laat God mij dit zien?
Welke bedoeling heeft Hij hiermee?
Hoe ga ik hiermee om?

In de periode dat wij weer thuis kwamen, ging er geen week voorbij, of dit beeld en deze vragen kwamen weer terug. Pas enkele maanden later heb ik Anneke verteld over datgene wat ik gezien had op de bewuste 30 maart.

Deze jongen stierf door gebrek aan voedsel, kende hij het Brood (Johannes 6:48-58) dat nooit weer honger geeft? Vele kinderen in Bolivia hebben gebrek aan voedsel, en hebben een leven dat wij uitzichtloos zouden noemen.
Velen hebben ook het gemis van het Voedsel met hoofdletter.

Maar, is het in Nederland zoveel beter?
Vele jongeren/volwassenen leven in de jungle die welvaart heet.
Zij leven als het ware op straat en sterven, net zoals veel straatkinderen in Bolivia, zonder dat ze Jezus kennen.
Ze leven figuurlijk op straat, zonder Voedsel.
Natuurlijk, in Nederland zullen er niet zoveel kinderen sterven door gebrek aan voedsel, maar hoeveel sterven er zonder dat ze Jezus kennen?

De jongen uit Cochabamba stierf. Mensen die hem konden helpen waren er niet, of keken de andere kant op. Hoe vaak en hoe veel zou hij hebben gesmeekt om brood zonder dat ik het zag?

Vandaag, drie jaar naar data, worstel ik nog steeds met deze gedachte.
Welke bedoeling heeft God hiermee? Welke richting moet ik uit? Wat moet ik doen? En, waar wil God mij gebruiken?

Hear me asking
Where do I belong?
Is there a vision
That I can call my own?
Lord, I need your light, to help me find my place in this world!

2 opmerkingen: